Tijdelijk buiten gebruik

Over ziek zijn, saaiheid en de kunst van nietsdoen

De afgelopen twee weken was ik ziek. Niet ernstig, maar net genoeg om compleet uit mijn doen te zijn: koorts, hoofdpijn en een afgrijselijk duffig hoofd. Denken ging niet, focussen lukte niet, en zelfs simpele dingen voelden alsof ik door stroop heen moest.

Ik was te ziek om echt iets te doen, maar net niet ziek genoeg om de hele dag te slapen. Dus zat ik daar: te moe om iets te ondernemen, maar te wakker om niets te doen. En dat is lastig, want in mijn hoofd is het normaal gesproken altijd gezellig druk met gedachten, plannen, ideeën en zijpaadjes die om aandacht roepen.

Nu was het irritant stil daarbinnen. Geen ideeën, geen inspiratie, geen vonkje creativiteit. Alleen wat vage mistflarden. En eerlijk? Dat was saai. Ontzettend saai. Alsof mijn brein tijdelijk op vakantie was, maar had vergeten te zeggen waarheen.

Misschien was dat wel de les van deze weken: soms is er niets mis met even niets. Geen denken, geen plannen, geen doelen alleen gewoon een beetje zijn. En toen ik uiteindelijk, met dat wattenhoofd, maar gewoon met de honden ben gaan wandelen, kwam er langzaam weer wat leven in. Frisse lucht, rondsnuffelende neuzen, modder onder mijn schoenen. Uit mijn hoofd, in mijn lijf. Best lekker wel!

Hoewel… zelfs dat probeerde ik natuurlijk vooral heel goed te doen. Zo efficiënt mogelijk herstellen, met maximale ontspanning in minimale tijd. Tja. Oude gewoontes slijten langzaam.