Tagarchief: hoogbegaafdheid

Oerkracht

Bij de Victoria Falls begon het al bij het geluid. Nog voor ik iets zag, hoorde ik het donderende geraas van water, dat over 1,7 km ruim 100 meter naar beneden dondert. En ineens voelde ik het: een brok in mijn keel, tranen achter mijn ogen. Toen ik de watervallen daadwerkelijk zag, was er geen houden meer aan. De tranen stroomden langs mijn wangen. Van ontroering, van verwondering, van de overweldigende schoonheid en kracht van de natuur.

Mijn reisgenoten keken verbaasd toe. “Ja, het is mooi, maar…” Hun zinnen bleven hangen in onbegrip.

Vroeger zou ik me gegeneerd hebben gevoeld, excuses gemompeld of mezelf bij elkaar geraapt. Nu niet meer. Ik heb daar gewoon heerlijk een potje staan janken. En eerlijk? Het luchtte enorm op.

Volgens het Delphi-model van hoogbegaafdheid zijn intense emoties niet vreemd. Alles komt binnen — diep, rauw, gelaagd en vaak onverwacht. Wat anderen misschien overdreven vinden, is voor mij simpelweg écht. Ik beleef de dingen met volle kracht.

En terwijl ik dit schrijf, stromen de tranen alweer.

Niet van verdriet, maar van herkenning. Van dankbaarheid dat ik dit zó kan voelen. Van het besef dat mijn tranen me vertellen dat ik écht leef.

Wat wil je nu eigenlijk zeggen?

“Wat wil je nu eigenlijk zeggen?” Die vraag krijg ik verrassend vaak. En ik snap het. Want ik begin met een verhaal over iets wat me opviel bij het uitlaten van de honden, en ineens ben ik aan het uitleggen hoe het zit met het Israël-Palestina conflict en waarom ik nooit op maandagochtend afspraken moet plannen.

Ergens onderweg ben ik dan de draad kwijtgeraakt. Of eigenlijk: ik ben een ander draadje gaan volgen. Want zo werkt mijn hoofd. Eén gedachte roept een andere op, en nog een, en nog een. Voor ik het weet ben ik bezig met een intern kluwen van associaties, verbindingen en zijpaadjes waar een buitenstaander acuut duizelig van zou worden.

Volgens het Delphi-model van hoogbegaafdheid is dat niet zo gek. Het model beschrijft hoe hoogbegaafden hun bestaan beleven: intens, snel, complex en creatief. Denken, voelen en waarnemen lopen in elkaar over. Mijn hoofd maakt voortdurend verbindingen, bouwt werelden en schakelt razendsnel – zelfs als ik daar zelf niet om gevraagd heb.

Maar goed. Wat ik dus wilde zeggen… eh… wacht, even terugspoelen… O ja! Dat het misschien wat kronkelig klinkt, maar er zit wél een logica in.

Morgen begin ik echt

Al járen zeg ik tegen mezelf dat ik graag columns wil schrijven. Ik zie het helemaal voor me: rake observaties, een vleug humor, misschien zelfs iets dat iemand anders raakt of aanzet tot denken. Maar tot nu toe? Nog nooit één woord op papier gezet.

Niet omdat ik het niet wil. Integendeel. Maar ergens tussen het idee en de uitvoering gaat het mis. Dan wil ik eerst precies weten wat ik wil zeggen. En hoe. En of het wel goed genoeg is. En of iemand er eigenlijk wel op zit te wachten. Dus schuif ik het voor me uit. “Later. Als ik tijd heb. Als ik scherp ben. Als ik weet waar ik moet beginnen.”

Herkenbaar?

Voor veel hoogbegaafde volwassenen is uitstelgedrag geen luiheid, maar een mengsel van perfectionisme, overprikkeling en overanalyse. We denken veel. En snel. Maar juist dat denken maakt het starten soms zó groot, dat het verlammend werkt.

Dus bij deze: mijn eerste column. Niet perfect. Misschien niet wat ik bedoelde. Maar wél geschreven. En dat is, voor vandaag, precies genoeg.